‘Nao de Hòmmis’

Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.

Nao de Hòmmis van 10 april

Bert: Niet niks om eventjes 275,00 euro neer te tellen voor het eerste kistje asperges in Peel en Maas!
Ger: En had je ook gelezen wie dat kistje gekocht had? Die sympathieke geitenfokker uit Heythuysen , die ‘Frank van Boer zoekt vrouw’, was de koper.
Jan: Volgens mij kun je dan tegenwoordig beter in de geiten zitten als in de varkens of de koeien.
Bert: Of misschien nog beter in de asperges. Hoewel, die prijzen zullen rap kelderen als de zon eens echt gaat doorkomen. Van mij mag ons Bertha ze dan weer een paar keer per week op tafel brengen. Traditioneel met ham en ei; oesters, als salade of als een lekker soepje. Smullen man.
Sjef: Jij liever als ik; ik ben blij als het seizoen weer voorbij is.

Giel: Ik heb  die foto’s die in de bladen stonden over de opening van de huisartsenpraktijk in de Pastorie eens goed bekeken. Mooi staaltje van samenwerking. In het ene blad stonden de dokter en de kapelaan voor de ingang van de huisartsenpraktijk met de dokter links en kapelaan rechts. In het andere blad staan ze voor de ingang van het parochiecentrum met kapelaan Roger links en Habets rechts.
Wiel: Dat is nog niet alles. Op de ene foto staat kapelaan in z’n vestje en  de dokter in een sjiek jasje en op de volgende Roger in zijn winterjack en de dokter in een sportief jackje.
Henk: Als ze die verwarring maar niet ook binnen gaan zaaien. Komt ons Mien met buikpijn bij de dokter en zit daar onze kapelaan achter het bureau en wil ik nog eens gaan biechten, moet ik mijn verhaal doen bij Habets.
Giel: Loopt Mien het risico dat ze de rozenkrans moet gaan bidden om van haar buikpijn af te komen en jij wordt voor penitentie doorverwezen naar de specialist…

Niek: Hoor ik zondag uit eerste hand dat die aannemer die de nieuwe bestrating in ons dorp verzorgd heeft, ons dorp uiteindelijk een kunstje geflikt heeft.
Piet:  Kom op met dat verhaal. Wat is er nu weer aan de hand.
Niek: Dat bedrijf heeft achter het oude gemeentehuis een grote berg waardeloze grond  achtergelaten, terwijl er voor de afwerking van het geheel een grote berg hoeveelheid stenen worden gemist.
Lins: Moet er misschien zwaar betaald gaan worden voor de afvoer van die vervuilde grond en moeten er dure nieuwe stenen worden ingekocht.
Piet: Ze zouden de berg natuurlijk ook kunnen laten zitten en er een nieuw kievelbaantje midden in het dorp van kunnen maken. Zijn we midden in ons dorp weer een attractie rijker.
Niek: Maar daarmee mis je nog altijd de stenen die nodig zijn.
Lins: Je kunt altijd eens kijken waar die firma nou aan het werk is en dan ’s avonds zelf de benodigde stenen op gaan halen.
Piet: Maar dan die aannemer wel ook een rekening sturen voor de transportkosten…

Wim: Wat kan een zondag begin april toch mooi zijn in Méél: de eerste echte lentezon; volle terrasjes en een geweldige kunstroute door ons dorp.
Jo: En dan te weten dat er ook nog honderden Méélse op de fiets zaten – waaronder ons Leen en ik –  richting alle tuinders in onze regio die meededen aan het festijn ‘Kom in de Kas’.
Lei: Ik ben toch blij dat ik niet naar de tomaten en paprika’s ben gaan kijken, maar naar al die dorpsgenoten die zich op een of andere manier bezig houden met kunst en muziek. Geweldig!
Wim: Fijn  dat zo’n man als Pieter Verstappen zich niet te ‘groot’ voelt om aan zo’n gebeuren mee te werken.
Piet: Sjon ook hoe bijvoorbeeld Jan van Rijt zich in het Atrium van ’t Raodhusj kon presenteren als een echte Méélse kunstsmid.
Jo: Was wel stom toevallig dat diezelfde zondag die ‘Mèn van Nao de Hommis’ het in hun rubriek over het kunstenaarsduo Victorien en Jan hadden.
Wim: Hadden jullie die reactie van Jan op dat stukje ook gelezen? Dat die mèn maar een borrel minder moesten drinken en hem en Victorien een mooie bos bloemen moesten bezorgen nu ze hun eerste lustrum vierden. Volgens mij zullen die men daar niet van terug hebben.

(Noot van de Mèn: Bij hoge uitzondering reageren wij op een reactie van een lezer van onze rubriek. Jan van Rijt ofwel Jan van Marse Bèèr is van mening dat wij nao de Hommis maar wat minder borrels moeten drinken en voor dat bespaarde geld een mooie bos bloemen voor hem en Victorien kopen vanwege hun 1e lustrum. Die Jan weet zelf maar al te goed dat je niet op ‘unne druuge’ een paar uur in de café kunt zitten. Bijna ons hele zondagsgeld gaat er  aan op om al die verhalen van en over Méélse mensen – ook die over hem – te noteren! Jan moet niet denken dat wij elke zondag voor ons plezier zitten te drinken! Dat doen wij noodgedwongen. In plaats van kritiek leveren zou het hem beter passen om een grote collectebus in elkaar te lassen en daarmee eens langs de deur te gaan om óns te ondersteunen. Dat zou me wat anders zijn als proberen ons onderuit te halen. En voor de goede orde nog even dit. Het lijkt ons verstandig dat we per direct  de discussie over dit onderwerp sluiten)

loader