‘Nao de Hòmmis’

Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.

Nao de Hòmmis van 10 december

Giel: Jongens jullie zouden binnenkort echt eens naar het Zorgcentrum moeten gaan.
Jo: Sinds wanneer ben jij huisarts, kameraad. Goed we vergeten wel eens wat, maar dat is nog geen reden om ons daar te melden.
Giel: Jij denkt altijd het verkeerde van mij. Ik wil jullie alleen maar attenderen op een nieuwe kunstexpositie die daar sinds begin van deze maand is ingericht. Ik ben echt geen kenner maar Mien en ik zijn wel liefhebber.
Thei: Nel en ik kijken daar ook wel vaker rond, al combineren we het altijd met een bezoekje aan onze oude buurvrouw die daar sinds een paar jaar verblijft. Ik denk dat daar wel een keer of vier per jaar nieuwe kunst hangt en staat. Nel heeft daar een klein jaartje geleden nog een dikke dame van keramiek gekocht. Heel mooi, moet ik zeggen.
Cor: Die heb ik al jaren een en ik ben er eerlijk gezegd nog steeds niet op uitgekeken.
Giel: Maar zonder gekheid. Het is echt de moeite waard, om daar eens binnen te lopen. Ik geloof trouwens dat Victorien van Carlo Jaspers de motor achter dat initiatief is.
Jo: Dat verrast me, die heeft het anders ook best druk met andere dingen…

==================================================
Jan: Valt me op dat het tegenwoordig barst van de activiteiten op de zondagmorgen Elke maand de ruilbeurs, in de zomer het muziekconcours van de Harmonie, vandaag weer een grote wandeltocht.
Jeu: Ja jongens de tijd dat op zondagmorgen iedereen naar de kerk en nao de Hòmmis naar ’t café ging, liggen definitief achter ons. Wij zijn een van de laatste der Mohikanen.
Ger: Voor sommigen van ons ligt de nadruk toch wel erg op náo de Hòmmis…Vraag me af, of dat allemaal zo maar door de beugel kan.
Lins: Nou je het zegt. Mijn schoonbroer heeft me gevraagd om met hem mee te doen aan het invitatietoernooi van de beugelclub, waarvan hij sinds jaar en dag lid is. En wanneer spelen die? Juist op zondagmorgen in de vroegere noodkerk.
Jan: Maar dan gaan we je een hele poos missen. Ik heb gelezen dat je dan vooraf wel een paar keer moet komen oefenen. Je moet wel weten hoe je die schop vast moet houden en hoe je die bal door de poort werkt.
Lins: Maar ik heb wel begrepen dat mijn schoonbroer me tijdens de partij advies mag geven. Dat is al heel wat.
Ger: Maar dat zal jou als het er op aan komt weinig helpen. Hier sla je tijdens het kaarten elk advies in de wind. Zal daar niet anders zijn.

================================================
Piet: Hebben jullie in ’t Krèntje ook dat stuk over het ‘aanplakbordbeleid’ van de gemeente zien staan. Vroeger brak je als je niet oppaste je benen over die grote borden rond de lantaarnpalen en nu je tong over het woord. Aanplakbordbeleid…
Wim: Maar het mooie is, dat als je het artikel leest de gemeente eigenlijk zegt dat ze op dit punt geen beleid wil voeren. Iedereen moet zijn gezonde verstand gebruiken.
Sjef: Ben benieuwd wat er dadelijk in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen weer gaat gebeuren. Staart je op elke lantaarnpaal een kop aan die je aan het schrikken maakt. Die raadsleden hebben voor zichzelf mooi een uitzondering gemaakt. En dat verenigingen maar oproepen om het gezonde verstand moeten gebruiken
Wim: Precies Sjef. En zelf telkens maar bezig zijn met pappen en nathouden. Niet alleen op de lantaarnpalen, maar helaas ook in die raadszaal.
Piet: Mij blijft dat woord ‘aanplakbordbeleid’ maar door de kop spelen. Je moet er maar opkomen. Met een beetje pech wordt zo’n woord ook nog verheven tot ‘woord van het jaar’. Krijgt die ambtenaar die het bedacht heeft ook nog een medaille om de nek gehangen!
Sjef: Heeft Boudewijn de Groot niet eens ooit in de Top 40 gestaan, met een liedje over ‘alles beter dan een bord voor de kop’?

===================================================
Niek: Hoor ik deze week vertellen dat de oud-vorst Peter Daniëls van de Kieveloeët, lid is geworden van de Heimatkapelle.
Wiel: Dat kan toch niet man. Die Peter kan geen ‘neut’ lezen; drinke zal wel lukken…
Niek: Dat zei ons Bertha ook al. Die weet van ‘toete noch blaoze’ en dan muziek willen maken.
Dré: Pas op mannen, maar hij heeft wel bewezen de trom te kunnen roeren en juist dat doet hij bij die kapel, op de ‘troom’ slaan.
Niek: Hij schijnt trouwens vooral goed te zijn in de ‘derde helft’ zoals ze dat bij de voetbalclub noemen. Na de repetitie, hier aan d’n ‘toog’ in ’t café.
Jan: Zeker samen met die zoons van Toon Berben: Frits en Lins. Dan zal de soep wel dikwijls koud zijn als ze thuis komen.
Dré: Ik hoor Frits al zeggen: “De soep wordt niet zo heet gegeten als ze wordt opgediend. Niettemin smakelijk, zou ik zeggen en de komende weken goed repeteren, zodat we weer een sjon Vastelaovesmis krijgen…

loader