‘Vanuit de zijbeuk’

‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op onze weblog die afwisselend door enkele mensen uit onze parochie wordt ingevuld. Ze geven zo hun eigen kijk op gebeurtenissen in ons eigen dorp of ‘de grote wereld’. De ene keer puntig en uitdagend, dan weer met een grote knipoog.

Een stoute Gouverneur…

Menig wandelaar en fietser heeft op zijn ‘vaste routes’ wel van die vaste plekjes, die hij aandoet voor een kop koffie of een koele slok. Op de ene route is dat vanwege de mooie ligging van het terras en op de andere plek de ‘lekkernijen’, die ze op het terras serveren. Jacqueline en mij vergaat het niet anders op onze fietstochten.
Op een van onze Brabantse routes ‘landen’ we altijd bij een herberg aan de voet van de bekende koepelkerk in Lierop. Bekend is mooi, maar wereldberoemd is nog wel even iets anders. Met die laatste term afficheert zich namelijk de herberg. Al voegen ze daar – met Brabantse gemoedelijkheid – direct aan toe ‘in Lierop en omgeving…’ De bekendheid reikt in ieder geval tot aan de andere kant van de Peel: tot in Meijel. We strekken onze benen op het terras van de herberg om te genieten van koffie met appeltaart. Niet zomaar appeltaart. Maar appeltaart, die voor ons al enkele jaren met stip op plek 1 van onze ‘appeltaartenlijst’ staat.
Terugkomend van één van onze routes langs de Maas klappen we graag het ‘landingsgestel’ uit in het buitengebied van Neer. Bij een mini-camping omgeven door bossen en aspergevelden. Nee, niet vanwege de appeltaart of om er nog een nachtje op de camping aan vast te plakken. Jacqueline heeft al een kleine 50 jaar geleden ‘kamperen’ uit haar woordenboekje geschrapt. Dit na een ‘weekje tent’ – samen met mij – in een diep dal aan de oever van de Ruhr bij Monschau. Het werd daar ’s nachts in dat tentje aan het water steenkoud en enkele uren later dreef je bijna datzelfde tentje uit als ‘de koperen ploert’ ons tentdakje teisterde. Het was gelijk ‘eens en nooit meer’! Nee, we landen daar bij die mini-camping voor het schitterende terras van Har en Mirjam. Of beter gezegd de terrasjes van dat stel. Het terras is in de loop der jaren telkens weer uitgebreid met een nieuw stukje. Met weer andere meubeltjes en natuurlijk andere kussentjes. Een plek waar Har en Mirjam zonder enige vrees zelfs onze gouverneur zouden kunnen ontvangen. Omgekeerd zou gouverneur ‘Theo’ wel eens bevreesd kunnen raken door de giga-snor die de bovenlip van Har siert. Daar valt de ‘gouverneurssnor’ van hem écht bij in ’t niet, om over dat ‘dingetje onder mijn neus’ maar helemaal te zwijgen. Om nog even bij gouverneur te blijven. Ik mag na een mooie fietstocht op dat terras van ‘Neerse Har’ graag een Gouverneur, of liever gezegd een Gouverneur Stout drinken. Van zo’n licht eigenzinnig ‘Stoutje’ zou ook gouverneur Theo ongetwijfeld weten te genieten!

Mat

 

loader