Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.
Nao de Hòmmis van zondag 19 januari
Niek: Ik las vorige week dat de bank die de 100-jarige Lies Engelen van de Gemeente cadeau krijgt, een mooi plekje krijgt vlak bij de boerderij aan de Witdonk. De boerderij waar Lies samen met haar Handrie een groot gedeelte van haar leven gewoond heeft.
Jo: En waar ze nu nog wekelijks komt. Zoon Henk heeft een aantal jaren geleden het bedrijf van zijn ouders overgenomen. Fijn voor Lies dat ze nog wekelijks terug kan naar de plek waar ze zoveel herinneringen aan heeft.
Toon: Maar hoe zit dat eigenlijk met die bankjes. Zou de gemeente bijhouden waar ze allemaal terecht komen? Die waaieren alle kanten uit. Laatst een ‘Mééls bènkske over de ‘Heldense brug” en nu een aan de Heibloemse kant van de rotonde.
Niek: Misschien houdt de Heemkundevereniging wel bij waar al die ‘jubileumbankjes’ in ons dorp staan?
===============================================
Jan: Als ook deze keer het gezegde ‘waar rook is, is vuur’, waar is, dan gaan we hier binnenkort wat beleven. Of misschien wel niks meer.
Wiel: Sinds wanneer praten we hier aan tafel in raadsels, Jan. Wat heb je op je lever?
Jan: Hebben jullie er nog niks over gehoord? Het gonst van de geruchten in het dorp.
Thei: Waaróver Jan. Kom op met het verhaal.
Jan: Er wordt verteld dat ons café hier na de Vastelaovend voor maanden dicht gaat. De hele zaak zou dan van onder tot boven verbouwd gaan worden. Best kans dat het zelfs met de kermis niet open is!
Piet: Ik heb ook wel gehoord dat er een stevige verbouwing zit aan te komen, maar dat zou in delen gebeuren. Juist om te voorkomen dat de hele zaak een aantal weken of zelfs maanden dicht moet. Dat is andere koek Jan!
Wiel: Jongens, kalm aan. Ik ga er vanuit dat – als de plannen rond zijn – we mooi gaan horen wat en hoe er gaat gebeuren. Ik maak me voorlopig geen zorgen. Wie weet komt er wel een grote partytent te staan. De party, must go on, of niet soms?
===============================================
Lei: Als de voortekenen niet bedriegen zal ook Méél over enkele jaren heel wat minder vèèrkesboere gaan tellen. Het buitengebied zou wel eens aardig van aanzien kunnen veranderen.
Jan: Er zijn altijd onder nemers, die in zo’n nieuwe situatie nieuwe kansen zien, al is dat geen garantie op succes.
Giel: Dat zie je wel aan dat Raspbery Maxx verhaal van Henny van Bergeijk en haar Carlo. Die namen 15 jaar geleden het fruitbedrijf van Henny haar ouders over en stortten zich op de teelt van frambozen. Waren met dat product jarenlang zelfs op de markt in A’dam te vinden. Zien zich nu gedwongen om vanwege hoge, maar noodzakelijke investeringen een punt achter die frambozenteelt te zetten. Benieuwd welke kant ze daarna opgaan?
Jan: De champignonkwekerij van Ger en Truus Koopmans heeft in ieder geval een mooie nieuwe bestemming gekregen. Dochter Moniek gaat hier de ruimte vinden om haar grote passie – de bloemsierkunst en alles wat hier mee samenhangt – verder vorm te geven
Lei: Die overname gaat zondag 2 februari zelfs een officieel tintje krijgen als ‘de Grúún’ haar met een mooie serenade gaan begroeten als ‘goeie buur’, maar tevens als een laatste eerbetoon aan vader Ger en aan Piet en Giel, de broers van Truus. Ook hier liggen vreugde en verdriet weer heel dicht bij elkaar.
===============================================
Ad: Zo, Méél neemt dit jaar meer dan de helft van de bevolkingsgroei in Peel en Maas voor haar rekening. In totaal steeg het inwonertal met 110, waarvan er maar liefst 69 in ons dorp terecht kwamen. Allemaal mensen op zoek naar het Peelgeluk, denk ik dan maar..
Jo: Dan maar hopen dat ook de helft van de inkomensgroei hier ‘geland’ is, al moet ik zeggen dat Truus en ik daar niks van in onze beurs merken.
Tom: Veel erger zou het zijn als we ook opgezadeld zijn met de helft van de groei van de misdaadcijfers.
Ad: Die stijging van misdrijven ziet er inderdaad niet best uit. Daar kunnen we beslist niet ‘gröts op zijn. En de daders worden ook nog eens een keer steeds jonger.
Jo: En als je een ruzie probeert te sussen heb je ook nog een stevige kans dat het geweld zich tegen jou keert. Precies hetzelfde als de agent en de ambulancezuster overkomt. Echt te triest voor woorden.
===============================================
Lins: Zo, Jo Basten – Jo van Kaarle Graat – heeft zich ook op het schrijverspad begeven. Er verschijnt een kinderboek van hem, gebaseerd op eigen jeugdherinneringen. Over alledaagse zaken als Kerstmis, Sint Maarten, de Kermis en de Vastelaovend. Niet alleen de schrijver is ‘unne Méélse’, maar ook de drukker: ‘Loeihard’, van die jonge drukker Jac Engels.
Wim: Maar weten jullie ook dat zich in die buurtschap Steenoven, waar ook Jo is opgegroeid, tegen de rand van de vroegere Peel aan, aardig wat schrijverstalent ontwikkeld heeft.
Ben: En wie zou dat dan wel moeten zijn?
Wim: Pierre Verheijen, die altijd in Egchel voor de klas heeft gestaan is daar opgegroeid op nr. 17. Pierre heeft na zijn pensionering maar liefst vijf boeken geschreven, waarin hij zo’n beetje zijn hele leven de revue heeft laten passeren: zijn jeugd; het voetballen; de school in Egchel en over zijn eigen gezin. Zijn neef en vriend Mat Janssen bracht zijn jeugd door op nr. 18. Die heeft na zijn pensionering en terugkomst in Méél twee boeken geschreven over vakbondsmensen in Limburg. Mat heeft zich wel wat minder in de eigen ziel laten kijken als Pierre en Jo doen.
Lins: Dat Mat zich niet in de ziel laat kijken ben ik niet direct met je eens. Als ik die columns van hem op de weblog lees, krijg ik een aardige indruk wat hem bezig houdt en hoe hij tegen zaken aankijkt.
Ben: Als Pierre nog leefde zouden die drie wel een jaarlijks boekenbal op de Steenoven kunnen gaan organiseren!