‘Vanuit de zijbeuk’

De vaste volgers van onze weblog weten dat we met enige regelmaat een gastencolumn plaatsen van oud-journalist Gerard Kessels van ‘de Limburger’. Uiteraard doen we dat met zijn toestemming. De geboren Nederweertenaar is recent weer terug gekeerd naar zijn geboortedorp en woont daar nu nagenoeg onder de kerktoren. Ook de kerk van dit buurdorp staat al geruime tijd in de steigers en is – vanwege het gevaar voor vallende stenen – zelfs volledig ingepakt in doek. “Het lijkt wel” zo zegt hij in zijn column, ‘of de kunstenaar Christo hier aan het werk is voor Christus. Nu de kerkhofzijde van ‘onze kathedraal’ ook helemaal ingepakt staat, is dit een mooi moment om u weer eens te verrassen met een column van Gerard. Laat ons zeggen: met zijn ‘Christo-Christus-column’.

Christo-Christus

De bijna tachtig meter hoge toren van de kerk in het dorp wordt gerestaureerd. De kolos is ingepakt in steigerwerk en doek. Alsof Christo hier aan het werk is voor Christus. Ik woon schuin tegenover en hoor, hoog boven mijn hoofd, het kloppen, boren en timmeren van de werklieden. Restaureren is monnikenwerk. De tijd gaat in een lagere versnelling. Lei voor lei, steen voor steen, lopen de werklui het rijksmonument na. Als een dokter kloppen en luisteren zij op verdachte plekken. In een stille Kerkstraat zingen al die geluiden het lied van oude tradities en antiek vakmanschap van vader op zoon.
Het karwei is bijna klaar. Driekwart jaar voelde ik me een middeleeuwer in de schaduw van de kathedralenbouwers. Alsof ik opgenomen was in een oude wereld. De mens was niets, het werk alles. De bouw mocht eeuwen duren, als het resultaat maar een volmaakt eerbetoon aan de Heer was; het beste dat de armetierige mens hier beneden te bieden had.
Dit soort verheven gedachten hebben niet ten grondslag gelegen aan de restauratie. Het moest gewoon, het begon te gevaarlijk te worden. Stenen lieten langzaam los. Eén was er al omlaag gekomen. Heb je net in de kerk met vurige gebeden Gods rijkste zegen over je afgeroepen, loop je kans buiten een baksteen op je hoofd te krijgen. De wegen van de Heer zijn weliswaar ondoorgrondelijk, maar dit kon toch niet de bedoeling zijn.
Ik kijk tevreden omhoog. Het geloof heeft het lastig, overal lopen kerken leeg. Maar hier houdt de Heer, flink opgeknapt, nog wel een tijdje moedig stand.

Gerard Kessels

 

loader